Nu de regering het samen bidden en zingen in de vorm van een kerkdienst verboden heeft, wordt overal in het land een digitale ‘kerkdienst’ in een kerkzaal met lege banken/stoelen aangeboden. De enige aanwezigen zijn een predikant, een camerabediener/ploeg, de organist en soms een miniem koortje. Let op ik heb het over de protestantse digitale reactie op de noodsituatie. Onze katholieke broeders en zusters hebben nog iets meer: Het Heilige is te zien: De Eucharistie, die ook door één priester of bisschop in zijn eentje kan worden bediend.
Als liturg verbaas ik mij over de poging een kerkdienst na te bootsen zonder aanwezige gemeente. Ik zie een voorganger achter een katheder, die net doet alsof hij een menigte toespreekt. Zijn armen bewegen, hij kijkt telkens op van zijn papier om net te doen alsof hij niet leest en om zichtbaar de camera aan te spreken. Het geheel wordt omlijst met votum, muziek en gebed én mist het belangrijkste dat een protestantse kerkdienst digitaal onvervangbaar maakt.
Ik noem daarvan enkele elementen. De ervaring van gemeenschap (niet voor niets vraagt men in de leger wordende kerken om wat dichter bij elkaar te gaan zitten of breekt men aantal zitplaatsen weg). De groet van je buur, de vraag hoe red jij het in je eentje, de hand op je hand, of knie als er een traan losbreekt, de vredesgroet aan elkaar. Vals zingen mag als je wat ouder wordt, je wordt met je rollator op een mooie plaats geholpen, het gezamenlijk bidden van het Onze Vader… vult u maar aan naar uw eigen gevoel…!
Ik vind, dat we de consequenties van het samenscholingsverbod moeten aanvaarden: de kerkdienst is niet met schermen te imiteren. Daarom zijn b.v. de IKON c.c. al jaren geleden opgehouden met het uitzenden van kerkdiensten. In plaats van de geïmiteerde kerkdienst daagt de situatie ons uit een liturgische vorm te zoeken, die past bij onze de situatie. Dat vraagt enige creativiteit van met name lituriegroepen en voorgangers. Een paar voorbeelden die wellicht kunnen inspireren:
Eerst de ruimte: Kies een warme en kleine ruimte voor de uitzending (Stiltekapel, studeer- of ontvangkamer en zet de voorganger achter een tafel of haar bureau en niet in de verschrikkelijke lege kerk.
Geen ‘preek’ vanaf de katheder of van al zo hoge:
Schep de sfeer van een pastoraal gesprek dat is beter dan die van een ‘uitleg’ in een leerdienst. De voorganger leest een korte dagtekst en vertelt wat de tekst met hem of haar doet en wat voor vragen die oproept of welke wegen ze nu wijst. Hij zegt minder u/jullie en wij, maar meer ik. Dit effect kan heel goed worden bereikt in de vorm van een interview, zoals in de ‘Verwondering’ van Ànnemiek Schrijver iedere zondagmorgen op NPO2. Je kunt je daarin spiegelen aan een ander die bevraagd wordt. Er ontstaat herkenning en inleven.
Waarom schuiven mensen aan op zondagmorgen? Een minderheid om iets te leren voor de bovenkamer. De meesten gaat het om de binnenkamer, het hart: troost, hoop, licht, Aanwezigheid, liefde… Hoe kan ik met mijn angst, liefde, eenzaamheid, verdriet, geluk… omgaan? In de kern is Liturgie de vormgeving van ons verlangen naar die wij ‘god’ noemen.
Bidden: Richt de kamera op een aandachtsbeeld, raam of een icoon en niet op de biddende voorganger of laat hem niet onrustig spieden door de ruimte.
Muziek en lied: Wees niet bang om een CD te draaien. Dat kan mij althans meer pakken, dan een noodkoortje in een lege kerk.
Misschien is de winst van deze weken wel, dat we loskomen van allerlei ingeslepen vormen en dat wij andere vormen van ‘vieren’ ontdekken, ook als de kerkdiensten weer mogen.
Jan de Jongh