191 ROND DE TAFEL 2

Inleiding
In de laatste kolom voor de Advent schreef ik over de veranderingen in de ervaring rond de tafelviering. Traditioneel ligt bij protestant en katholiek alle accent tijdens de consecratie/inzettingswoorden en het ontvangen van het sacrament op de persoonlijke band met Christus. Door protestanten wordt het Avondmaal meestal sporadisch gevierd. Voor velen in progressieve protestantse en oecumenische gemeenten is Christus aanwezig in het samen delen, dat meestal in iedere viering gebeurt. Omdat inhoud en vorm nauw op elkaar betrokken zijn, vraagt deze accentverschuiving ook een andere vormgeving. In deze kolom geef ik summier aan hoe de vormgeving al of niet kan klikken met de inhoud en de ervaring van het ritueel.

a. Gericht op het offer of de persoon van Christus:
naar voren lopen en uit handen van de voorganger brood (en wijn) ontvangen of doorgeven in de banken en soms zittend aan tafels. De betekenis van het Ambt en de persoonlijke band met (het offer van) Christus speelt daarbij een grote rol. Dat wordt gematerialiseerd in brood en wijn. Het is mij gebleken dat niet alleen voor katholieken, maar ook voor sommige protestanten het ontvangen van het sacrament uit handen van een ambtsdrager veel betekent.

b. Gericht op Christus als aanwezig in de Gemeenschap en het Diaconaat. Daarbij zijn meerdere vormen con variatione ontstaan:

– De traditionele protestantse tafelviering of doorgeven in de banken is voor mij een twijfelgeval. Deelt men wel echt samen door een schaal met blokjes brood door te schuiven en een beker na draaiing weer op tafel te zetten? Lijkt de tafelvorm niet meer op een ‘begrafenismaal’, zoals dat op Goede Vrijdag door Vrijzinnigen en behoudende kerken gepraktiseerd wordt?

– Staande kring. Bezwaar: niet deelnemen valt op en er kan groepsdwang ontstaan. Een psychologische factor om kringvieringen eventueel met theologische argumenten af te wijzen. Bovendien heeft de schepper ons slechts van twee handen voorzien: een mand vasthouden en met de andere hand breken en doorgeven is niet voor allen eenvoudig.

– Lopende kring langs de tafel of altaar. Brood van de schaal nemen, afbreken en geven aan degene die daarna komt. Zo ook met de beker. Daarbij is het wel noodzakelijk dat het brood bestaat uit grote hosties, matzes of makkelijk breekbaar brood. De voorganger zet in en ontvangt als laatste in de rij.

Is er een compromis mogelijk?
Bij een fusie van wijkgemeenten, maar ook wanneer een eventuele verandering overwogen wordt, zal er een luisterend gesprek over de ervaring (minder over de leer!) en vandaar uit over de vormgeving moeten plaats vinden. Welke ervaringen hebben we gemeenschappelijk en welke moeten ruimte krijgen?

Een gemeente deed het een tijdlang ‘om de beurt’. Het wende niet. Dat heeft alleen zin als overgangsvorm en dan heb je in feite al gekozen! In Taizé vierden protestanten en katholieken het aanvankelijk na het morgengebed afzonderlijk. Voor de eucharistie daalden katholieken af naar benedenkapel in de crypte. Later werd in de Verzoeningskerk bij de Maria-ikoon geconsecreerde hostie en wijn aangeboden. Bezwaar: ‘dan doen we het niet samen’. Tegenwoordig delen de broeders iedere morgen door een priester geconsecreerd brood uit. Daarnaast is er ook ‘gezegend’ brood beschikbaar (zoals in de Oosters Orthodoxe Kerk). Door het uitdelen en niet mét elkaar delen heeft het ritueel een min of meer ambtelijk karakter.

Is een compromis mogelijk? Misschien op een bepaalde plaats in de kerk een ambtelijke uitdeling (vgl. Taizé vroeger) en elders de mogelijkheid brood en wijn aan elkaar door te geven? Het zal veel inleving in de ervaring van de ander vragen. Ik ken de bezwaren bij iedere vorm.

Jan de Jongh