Intro
De krant en waarnemingen in mijn eigen omgeving inspireerden me tot een kleine serie. Er ontstaan hier en daar ‘vieringen zonder god’. Is dat een trend? In een studiekring lazen we Religie voor atheïsten. Een heidense gebruikersgids van de filosoof Alain de Botton. Hij bracht mij op de titel. Op dat boek kom ik in de vierde kolom terug.
Wat wordt met atheïsme bedoeld? Het woord komt van het Griekse a-theos = niet/zonder–god. De moderne definitie luidt: atheïsme is de aanname dat er geen god(en) bestaan of kunnen bestaan. In de oudheid noemden men mensen, die een niet-officiële religie aanhingen al atheïsten. Toen de Romeinen in de tempel van Jeruzalem geen beeld aantroffen, noemden ze de Joden atheoi en staken de brand in de tempel. De christenen werden in de eerste eeuwen door de Romeinen als ‘atheïsten’ vervolgd, omdat ze niet meededen aan de keizercultus. Het moderne atheïsme ontstond toen in Europa na de Middeleeuwen het denken over natuur, mens en maatschappij zich grotendeels los had gemaakt van het religieuze denken.
Misverstand
Vandaag beroepen zich politici, die religie achter de voordeur willen, op De Verlichting in de 18e eeuw. Die zou ons bevrijd hebben van alles wat met ‘god’ te maken heeft. Dat is een hardnekkig en gevaarlijk misverstand. “Want politici die sterk tegen immigranten of de islam zijn, kapen en misbruiken De Verlichting om sentimenten te legitimeren die helemaal niet democratisch of liberaal zijn” (De Groene Amsterdammer, 08-06-07). Volgens Hanneke Stamperius, God en de Verlichting, zijn de verlichtingsfilosofen druk met ‘god’ in de weer geweest. Velen van hen zochten naar nieuwe godsbeelden, die pasten bij de onttoverde wereld. Daarmee bekritiseerden ze de religieuze praktijk en de christelijke leer, maar dat geldt ook van de moderne theologie. Ze waren geen atheïsten in de populaire betekenis van ‘ongelovigen’. In de Islam, evenals in de geschiedenis van het christendom vroeger(?) wordt iedere andersgelovige ‘ongelovig’ genoemd en een afvallige verdient zelfs in een aantal landen de doodstraf. In het christelijke EU-land Griekenland kwam een zekere Philippos Loizos onlangs voor de rechter wegens bespotting van het geloof in wonderen.
Atheïsme IN het christendom
In de jaren zeventig waren er in ons studentenpastoraat studiekringen rond een boek van de theoloog en atheïst Ernst Bloch (1885-1977): Atheismus im Christentum, Zur Religion des Exodus und des Reichs (1968). Voor Bloch is er een duidelijke atheïstische grondtoon in de bijbel zichtbaar. Er is geen abstracte tegenstelling tussen atheïsme en christendom. Voor Bloch is ‘een goede christen atheïst en een goede atheïst christen’.
Kortom: er zijn atheïsten in soorten van onvermoeibare bestrijders van de godsdienst, zoals Philipse (Atheïstisch Manifest) en Dawkins (God als misverstand), tot gelovigen buiten de christelijke geloofsbelijdenis.
Bestaat ‘god’?
Toen Klaas Hendrikse zich in de pers afficheerde als atheïstische dominee ontstonden er beroeringen in de PKN. Zonder te vragen ‘wat bedoelt u?’ vonden sommigen het passend hem aan te raden de kerk vrijwillig te verlaten. Ook de titel van zijn boek Geloven in een God die niet bestaat riep misverstand op. ‘God’ bestaat niet in de zin zoals we van een tafel of een mens zeggen dat die bestaan. ‘God’ behoort tot een totaal andere orde. Voor Hendrikse is ‘god’ een gebeuren tussen mensen, zoals ik in de jaren zestig al bij Willem Barnard las. Ik noemde al eens ‘god’ een code waarmee we van een onuitsprekelijke ervaring kunnen vertellen. Ook de mystici van Eckhart tot Etty Hillesum vonden ‘god’ in ervaringen waar we eigenlijk geen woorden hebben. Wellicht zijn er veel atheïsten, die wel degelijk zoeken naar zin en ervaren ‘wat ons te boven gaat’. Ze bevolken door gebrek aan beter deels nog de kerken.
Vraag: Liturgie voor atheïsten – is dat mogelijk? Daarover de volgende kolom.
Jan de Jongh